De geest van het SpanderswoudGa eens uit wandelen in het Spanderswoud
En loop er ontspannen tussen de sparren.
Rek er de tijd, alsof je die herkauwt.
Rustig, bedaard. Wees er eens minder star en


Ingehouden dan in het dagelijks leven:
Tien tegen een dat je de Geest tegen-
Komt, die door het bos bleef zweven,
Ook toen de welvaart kwam met haar Zegen.


Maar denk niet dat je met hem praten kan.
Rillend zit hij, een godverlaten kwant,
In de hoogste boomtop, daar luid blatend van
Joehoe, met een schuimspaan in zijn hand.

 

 

uit: Alle gedichten tot gisteren